GARDENER OF TIME

BIJ HET OVERLIJDEN VAN RYUICHI SAKAMOTO

Dit had een recensie voor het album “12” van musicus en componist Ryuichi Sakamoto moeten worden, maar nu hij overleden is wil ik toch liever mijn gedachten laten gaan over de plek die hij voor mij inneemt in de recente muziekgeschiedenis.

Het grote publiek zal zijn naam niet herkennen, maar zijn muziek hebben ze zeker wel eens gehoord, “The Last Emperor”, “The Revenant”. Het is met name de filmmuziek van Sakamoto die hem bekendheid bij een groot publiek heeft gegeven.

71 is hij geworden, geboren in 1952 in Tokio. Het artistieke milieu waarin hij opgroeit levert de kiem voor zijn muzikaal vrijdenken, hij respecteert de traditie en zoekt het avontuur in nieuwe technologieën.
Op zes jarige leeftijd krijgt hij zijn eerste pianolessen, later zal hij aan de Tokyo University of the Arts muziek gaan studeren. Hij is erbij als de eerste generatie synthesizers onderdeel wordt van het lesprogramma. Zijn enthousiasme voor synthesizers en het experimenteren met nieuwe technieken zullen een leven lang onderdeel blijven van zijn muzikaal handelen.

Dualisme
Sakomoto’s dualisme zit hem niet in de weg, hij bestudeert met liefde de muziek van Claude Debussy, Erik Satie en Johann Sebastian Bach en omarmt tegelijkertijd de avant-garde van de tweede helft van de 20e eeuw. In interviews vertelt hij met een glimlach dat hij in het zelfde jaar geboren is als de revolutionaire compositie 4’33 van John Cage.
Het dualisme deelt hij met Toru Takemitsu, de belangrijkste componist van het moderne naoorlogse Japan.
Zij hebben meer gemeen, en in zekere zin beschouw ik Sakamoto als een muzikaal erfgenaam van Takemitsu. Wat delen zij zoal?

Frankrijk

Sakamoto en Takemitsu voelen beide een grote verwantschap met de Franse impressionistische muziek,
Maurice Ravel, Claude Debussy, Gabriel Fauré zijn componisten die veel invloed op hen hebben gehad.
Maar ook de ‘Musique Concrète’, de experimentele muziekstroming die eind jaren veertig in Parijs ontstond, verbind beide componisten.

Diversiteit

Sakamoto én Takemitsu hebben een zeer divers oeuvre voortgebracht; klassieke compositie vormen, op Debussy gebaseerde orkestraties; een enorme hoeveelheid filmmuziek, experimentele muziek, popmuziek.

Traditie

Takemitsu is de eerste Japanse componist die bewust ruimte laat in zijn composities voor het Japans cultureel gedachtegoed en hij is tevens de eerste componist die traditionele Japanse muziekinstrumenten in zijn composities gaat gebruiken.
Van zijn hand verschijnt een belangrijk boek over de achtergrond van zijn persoonlijke ontwikkeling op deze gebieden.
Het boek ‘Confronting Silence’ vertelt over de stilte, over het begrip MA (de ruimte tussen de klinkende noten), over de tijd en over het gebruik van de traditionele instrumenten van het Gagaku ensemble (het muziekensemble van het keizerlijke hof).
Al deze elementen vinden we ook terug bij Sakamoto en we kunnen hen beide dan ook met recht ” Gardeners of Time ” noemen.

En nu is het leven voor Ryuichi Sakamoto voorbij, en blijf ik, als liefhebber van zijn werk en zijn bijzondere levenshouding toch wat verslagen achter, mijzelf troostend met de vruchten van zijn harde werken.
Want een harde werker was hij.
Het laatste album “12” is het sluitstuk, muzikale dagboeknotities die getuigen van een leven vol muziek. Terug naar de basis, terug naar de piano en de analoge synthesizer.

Ars Longa, vita brevis
Art is long, life is short

Voor enkele overlijdensberichten verwijs ik graag naar:
https://www.theguardian.com/music/2023/apr/02/ryuichi-sakamoto-the-avant-gardist-who-became-a-groundbreaking-pop-star
https://www.nytimes.com/2023/04/02/arts/music/ryuichi-sakamoto-dead.html
https://www.volkskrant.nl/cs-bb86e2cc0


3-3-23
Sijme Storm

de onverzettelijke zachtheid van Loren Connors

Voor mij ligt een pakketje dat ik enkele weken geleden ontving van distributeur en uitgever Soundohm uit Milaan.
Het bevat werk van Loren Connors een heruitgave van het album ‘Airs’ op vinyl,
een catalogus van de schilderijen expo ‘Night of Rain’, beiden uitgegeven door Sean McCann’s uitgeverij Recital, en het al wat oudere boekje ‘Autumn’s Sun’,
een uitgave van Blank Forms Edition.

De inhoud van het pakket geeft een mooi beeld van het palet van elektrisch gitarist
en beeldend kunstenaar Loren Connors.

Loren Connors, geboren in 1949 in New Haven in de Amerikaanse staat Connecticut, woont en werkt in New York City. Hij speelt de blues, en wordt ook wel de ‘modern master of the avant blues and the abstract’ genoemd.
De laatste jaren krijgt Loren steeds meer naamsbekendheid, mede door een groot artikel in THE WIRE in 2016 en een mooi stuk in de The New York Times afgelopen september.
Zijn werk wordt nu heruitgegeven en bekende muzikanten, zoals Thurston Moore en Jim O’Rourke, maar ook filmregisseur Jim Jarmusch, spreken hun bewondering uit.


Lange weg naar de top
Jaren lang woont Loren Connors in kraakpanden en brengt hij platen uit die niemand wil hebben.
Hij werkt vijftien jaar als congiërge aan Yale University, maar Loren is geen klager.
Yale University betekent ook dat hij zich vijftien jaar lang kan verdiepen in de blues, gebruikmakend van de omvangrijke muziekbibliotheek van de universiteit.
In deze periode, die zich tot 1990 afspeelt in New Haven, ontwikkelt hij zijn persoonlijke stijl, geïnspireerd op de blues.
In zijn boekje ‘Autumn Sun’ vergelijkt hij de blues met de Haiku.
Beiden trachten met eenvoudige middelen, een gedicht van drie zinnen of een lied met drie akkoorden, een ervaring op te roepen:
Een directe schoonheidsbeleving, even het onaantastbare kunnen aanraken.
De blues blijft ook later, als zijn stijl zich ontwikkelt en hij nieuwe wegen inslaat, fundamenteel in zijn werk.

In 1986 bezoekt Loren een tentoonstelling van kunstschilder Mark Rothko en benoemt de enorme invloed die het werk van Rothko op hem heeft gehad.
Naast de blues is Mark Rothko een andere pijler in zijn kunstenaarschap. Hij vertegenwoordigt Lorens gedrevenheid voor het tekenen en schilderen.
Sierlijke portretten staan op de talloze hoezen die hij maakt voor zijn vinyl albums en cd’s.
En ook muzikaal maakt hij op dat moment een belangrijke ontwikkeling door, hij ontdekt de multi-tracker, een 4 sporen cassette recorder, die een revolutie ontketent in het leven van muzikanten. Met de multi-tracker kunnen muzikanten zonder tussenkomst van dure studio’s hun muziek opnemen.
Hij maakt gebruik van deze viersporentechniek om het album ‘Blues / The Dark Paintings of Mark Rothko‘ op te nemen.
De multi-tracker stelt hem in staat om meerdere gitaartracks naast elkaar op te nemen. Hieruit ontstaat een volkomen eigen manier van spelen: de “Loren- Connors stijl”: uniek en onuitwisbaar.

Zijn improvisaties daarna blijven niet langer beperkt tot de blues. Er gaan nieuwe deuren voor hem open, waarin hij zijn Ierse muzikale roots onderzoekt. Het album “Airs” is het hoogtepunt van deze ontwikkeling.
Een nieuwe periode breekt aan, waarin Loren meerdere albums maakt met muzikale miniaturen. De albums ‘portrait of a soul’ en ‘As Roses Bow Collected Airs 1992-2002’ geven een mooi overzicht van deze muzikale miniaturen, die gekenmerkt worden door composities met een korte lengte en een beknopte eenvoudige vorm.

Loren Connors 2022 (photo by Jackie Cooper)



In 1991 wordt de ziekte van Parkinson geconstateerd bij Loren, een ziekte waar hij ondertussen al meer dan dertig jaar mee leeft.
De ziekte heeft een enorme invloed op zijn leven: het sloopt hem. In het NewYorkTimes-artikel zegt hij: “Parkinson’s is a curse, it doesn’t kill you, but it just makes your life terrible. I’m hanging in there.”
Hij kan nauwelijks meer lopen, en zijn spraakvermogen is ernstig aangetast door de grote hoeveelheid medicatie die hij dagelijks moet innemen.
Maar zijn handen doen het nog, en zijn onverzettelijkheid en vastberadenheid maken dat hij door blijft werken, elke dag opnieuw.
Zijn muziek wordt abstracter. Zijn instrumenten worden kleiner, lichter en dus beter hanteerbaar, maar zijn geluid wordt groter. Golven van harmonische klanken worden afgewisseld met momenten van ruis en relatieve stilte.
Kleur in de rauwheid van het dagelijkse bestaan.
Inmiddels heeft Loren meer dan honderd albums uitgebracht, die een mooi beeld geven van het leven van de kunstenaar.
Nu zijn er ook twee boeken gepubliceerd over zijn teken- en schilderwerk.
Waar zijn vroege vinyl- en cd hoezen vaak portretten zijn, laat hij in zijn huidige werk ruimte voor subtiele, vaak ontroerende, wilde bloemen [ ‘Wild Weeds’ ] en landschappen [ ‘Night of Rain’ ].

‘ Wildweeds’



‘Wildweeds’



Van 28 Januari – 25 Maart 2023 is de expositie ‘Loren Connors: A Coming To Shore’ te zien in the Blank Forms Gallery in Brooklyn NY.

‘A Coming to Shore N0.16, 2022’

Wil je muziek beluisteren van Loren?

https://recitalprogram.bandcamp.com/album/airs

Wil je Loren muziek zien maken?

Sijme Storm / 2023

Dock Boggs

https://en.wikipedia.orhttps://en.wikipedia.org/wiki/Dock_Boggsg/wiki/Dock_Boggs

Maybe you know this game where you get blindfolded and you throw a dart on a world map and the spot you hit will be your next camping destination?
Well I sort of did the same with a collection of country, blues, jazz and gospel books.
The spot I hit, was the photograph of Dick Boggs, and once you start seeing things they pop up everywhere!
Truly iconic picture of an iconic musician.

l’âme est sans retenue

It may sound strange this work of noises, but if you want to get a true and direct introduction to the compositional world of Jürg Frey
this is the work to listen to [repeatedly] at low to normal volume. Just letting the sounds be. There’s enough information on the composer
and on this work to help you on the way. / sijme storm

During a three month stay in Berlin from October to December 1997, the Swiss composer Jürg Frey made field recordings in a park. He recorded distant environmental sounds by setting a microphone in the middle of the park, to collect various sounds—traffic noises, town noises, rumbles—any kinds of distant sounds which reached the center of the park via space. His microphones also picked up some closer sounds occurring in the park. Later he composed three electronic tape pieces in a series, l’âme est sans retenue I—III, in 1998—2000, using these field recordings as the source material. All three compositions have a similar minimal structure in which continuous linear stretches of sounds (of field recordings) and stretches of silence—all with changing lengths—alternatingly fade in and out.
Introduction to the the three compositions by Yuko Zama

I

Here is the essay by Yuko Zama on the Frey compositions
http://surround.noquam.com/borders-disappear/

erstwhile records
elsewhere music
b-boim records